Bodembewoners

Het is zeker zo dat bijen ook in tuinen in de bodem holletjes kunnen maken tussen de bloemborders en tuinplanten als daar maar voldoende open ruimte is. Van belang is dan dat er zoveel ruimte is dat de bodem direct door de zon beschenen wordt. Net zoals bestrating met zand tussen de stenen. Het spreekt voor zich dat het gewenst is om dan in de vliegperiode niet steeds te gaan schoffelen, zodat de nestjes steeds beschadigd raken. Schoffelen buiten de vliegperiode is geen probleem, omdat de celletjes in deze nestjes normaal gesproken dieper in de bodem liggen.

nestgelegenheid5

Praktisch

Leg de zandheuvel het liefste ergens op een zonbeschenen plek. Gebruik hiervoor voedselarm zand. Dat heeft drie voordelen. In de eerste plaats graven de bijen liever in zand dan in klei. In de tweede plaats raken zandheuvels minder snel begroeid dan voedselrijkere grondsoorten.  En in de derde plaats kan op zand zich makkelijker een bloemrijke vegetatie ontwikkelen dan op klei. Dan wordt het ook nog een heel mooi element in de tuin. Zorg ervoor dat de zandheuvel dik (verticaal gezien) genoeg is. Want als het zand op een voedselrijkere bodem ligt, kunnen bij een te dunne laag de ruigere groeiers makkelijk vanuit het voedselrijkere klei door de zandlaag heen groeien. Als je op het erf of in de tuin voldoende ruimte hebt dan bv. één of enkele aanhangwagens, zodat de plek een paar m2 groot kan zijn.

Als er teveel planten op gaan groeien, raakt de heuvel in onbruik. Door de dichte vegetatie valt er geen zonlicht meer op de bodem , waardoor deze kouder en vochtiger wordt. Bovendien is het onhandig voor de bijen om eerst een heel stuk door de vegetatie te moeten kruipen alvorens de nestjes te kunnen gebruiken. Periodiek uittrekken van de ruige groeiers is dus gewenst. Een wat ijlere begroeiing is zeker geen bezwaar.

 

nestheuvel