Door: Ewoud Voogd, SLZ

In Zeeland komen actueel nog 16 soorten orchideeën voor. Hoewel veel soorten in natuurterreinen te vinden zijn, kun je ook daar buiten verschillende soorten tegenkomen. Drie daarvan worden hieronder genoemd.

Bijenorchis (Ophrys apifera, o.a. de varieteit chlorantha)

De Bijenorchis is een soort met fraaie bloemen welke de laatste decennia flink in opmars is. Hij komt steeds vaker in wegbermen en op dijken voor en onder andere ook op industrieterreinen zoals dat van Zeeland Refinery en in de directe omgeving er van. Hier groeit de gewone variëteit samen met de witbloemige Ophrys apifera var chlorantha. Deze soort groeit ook elders in het land regelmatig op industrieterreinen. Als oorzaak van deze opmars worden vaak de mildere winters van de afgelopen jaren genoemd. Hij vormt namelijk al voor de winter nieuw blad, wat in een strenge winter zonder sneeuwdek gemakkelijk kapot vriest. Hoewel de naam van deze soort doet vermoeden dat hij door bijen wordt bestoven is het meestal een zelfbestuiver.

Grote keverorchis (Neottia ovata, syn. Listera ovata)

De Grote keverorchis, welke door onder andere kevers en sluipwespen bestoven wordt, is één van de minder zeldzame orchideeënsoorten in Nederland en hij is plaatselijk zelfs vrij algemeen. De soort groeit zowel in de schaduw van bomen als in open vegetaties op een vochtige tot matig droge bodem. Deze soort zal vaak over het hoofd worden gezien vanwege de groene weinig opvallende bloemen.

Brede wespenorchis (Epipactis helleborine)

De Brede wespenorchis komt verspreid door de hele provincie voor. De Nederlandse naam is goed gekozen, want deze soort wordt vrijwel uitsluitend door wespen, voornamelijk langkopwespen (Dolichovespula-soorten), maar ook door o.a. kortkopwespen (Paravespula-soorten), bestoven. Hij stelt weinig eisen aan de grondsoort en is te vinden in bossen, in struweel op dijken, in de duinen, in wegbermen, in de bebouwde kom en zelfs  in brandnetelvelden. Deze soort komt ook regelmatig op erven voor. Vaak weten eigenaren niet dat deze soort op hun erf groeit totdat ze erop gewezen worden.

Beheer

Van de drie hierboven genoemde soorten is de Bijenorchis als soort van open terreinen het meest afhankelijk van een goed beheer. De andere twee zullen zich wel ergens kunnen handhaven in een bosrand of dieper in een bos en zich van daar uit weer kunnen uitzaaien in open terreinen als de omstandigheden weer gunstig zijn geworden. Wel heeft de Grote keverorchis er voordeel bij als het bos periodiek wordt gedund.

Beheerders kunnen graslanden, bijvoorbeeld op dijken waar orchideeën groeien, uit onwetendheid te vroeg maaien. Goede communicatie tussen terreinbeheerders en soortenkenners is daarom van groot belang. Enkele kleinere grasvelden, waarvan bekend is dat ze een hoge natuurwaarde hebben, worden beheerd door vrijwilligers, o.a. van SLZ.

Exotische orchideeënsoorten

Bij orchideeën denk je al gauw aan bedreigde soorten, maar ook orchideeën kunnen zich als invasieve exoot gedragen. In de tropen zijn daar al voorbeelden van bekend, maar ook in Nederland liggen enkele soorten op de loer die hier zeker aanleg voor hebben. Ze behoren tot het geslacht van de schroeforchissen. Het zijn de Knikkende schroeforchis (Spiranthes cernua ssp. cernua) en Welriekende schroeforchis (S. c. ssp. odorata) en vooral de kruising tussen beide (onder-)soorten.

Deze schroeforchissen komen oorspronkelijk uit Noord-Amerika en zijn voor zover mij bekend nog niet in het wild in Zeeland gevonden. Ze hebben zich al wel in andere delen van Nederland uitgezaaid in milieus variërend van veenmosmoerassen tot sedumdaken, afhankelijk van de ondersoort. Waarschijnlijk gaat het altijd om planten die zich vanuit tuinen hebben uitgezaaid. Wees dus zeer terughoudend met de aanschaf van deze soorten voor eigen tuin.

Dit artikel is afkomstig uit ons kwartaalblad (Nr. 2 Zomer 2020).